Stikstof problematiek en Melkveehouders: Een blik op de toekomst van de Boerderij
12 juni 2024 | Auteur: Ingezonden | Nieuws, Koudekerk aan den Rijn
Door Guido Vogels, student journalistiek uit Koudekerk aan den Rijn
Op een zonnige ochtend op melkveehouderij Rijnhoeve vof heerst een bedrijvige rust. De boerderij, die al sinds 1897 in de familie is, heeft onlangs een belangrijke transformatie ondergaan. In januari werd de eenmanszaak omgezet naar een vennootschap onder firma (vof), waarbij niet alleen Jan Dirk sr., de oom van Jan Dirk, aan het roer staat, maar ook Jan Dirk zelf en hun buurjongen Peder. Deze verandering markeert een nieuw hoofdstuk voor het familiebedrijf, dat generaties lang door harde werkers is opgebouwd en onderhouden. Terwijl Jan Dirk zich bezighoudt met het dagelijkse management en de zorg voor de 160 koeien, zorgt Peder voor het loon- en trekkerwerk. Samen staan ze voor de uitdaging om de boerderij draaiende te houden te midden van veranderende regelgeving en economische druk.
Het is een vroege ochtend op de boerderij van Jan Dirk. Terwijl de zon langzaam opkomt boven de uitgestrekte weilanden, zit hij al achter zijn computer in het kantoor. Op het scherm staan tabellen en grafieken met gegevens van zijn koeien. Hij scant de lijsten zorgvuldig, op zoek naar koeien die lange tijd niet gemolken zijn of tekenen van gezondheidsproblemen vertonen. ‘De koeien hebben allemaal een halsband om die heel veel kunnen vastleggen en meten. Zo kan o.a. de temperatuur van de melk worden gemeten door de halsband. Daarnaast geeft de melkrobot ook heel veel gegevens over de koe. Of deze bijvoorbeeld een uierontsteking heeft of minder goede melk geeft dan normaal. Dit krijgen we allemaal hier op de computer te zien.’ Jan Dirk’s scherpe ogen herkennen meteen de nummers van de koeien die extra aandacht nodig hebben. ‘Ik schrijf de nummers van koeien altijd op en hou deze koeien extra in de gaten.’
Nadat de controle is voltooid, is het tijd om de koeien uit de wei te halen. ‘De koeien mogen, als het niet te nat is naar buiten. Dit is meestal aan het begin van de middag en vaak komen ze in de avond weer naar binnen. Ze moeten ten slotte ook weer gemolken worden.’ De wei is uitgestrekt over een grote vlakte. Aan het begin van de stal is een klein stuk weiland waar twee koeien nog buiten staan. ‘Dit zijn de wat krakkemikkige koeien. Zij kunnen bijvoorbeeld moeilijk opstaan. Binnen is er wel veel ruimte, maar als deze problemen plaatsvinden houden we ze liever buiten waar ze meer ruimte en grip hebben.’ Toch moeten de koeien naar binnen om gemolken te worden. Jan Dirk stapt naar buiten en loopt om de koeien heen. De koeien lopen gehoorzaam richting de stal. De dieren bewegen zich rustig, wetende dat het tijd is voor hun ochtendroutine. De koeien die al een tijdje niet gemolken zijn, worden naar de melkrobot geleid. ‘De koeien doen je geen kwaad, maar je moet ze altijd in de gaten houden. Het zijn namelijk best lompe beesten.’ Koeien die wat eigenwijs zijn en in de stal blijven liggen krijgen met een stok een paar porren. ‘Dit doet de koeien geen pijn hoor, het is alleen wat irritant. Kijk, nu gaat ze opstaan. Ze weten het wel.’ De technologie maakt het proces veel efficiënter, maar het vereist nog steeds toezicht en organisatie van Jan Dirk.
Terwijl de koeien in de rij staan voor de melkrobot, begint Peder, Jan Dirk zijn vennoot, met het voeren. Hij klimt in zijn trekker en koppelt de oplegger aan, gevuld met een mix van gras, hooi en gietenpulp. Hij rijdt door de stal en de oplegger strooit het voer zorgvuldig rond. De geur van vers voer vult de lucht, en de koeien beginnen gretig te eten.
De stal is groot en ondanks de dagelijkse schoonmaak ligt er veel mest op de grond. Gelukkig is er de mestrobot, die onvermoeibaar de mest door laat tussen de gleuven richting de mestkelder. Deze gleuven vangen de mest op en leiden het naar de mestkelder. Jan Dirk legt uit dat nieuwe regelgeving hem dwingt een groot deel van de mest af te voeren, wat best raar is omdat er nu juist kunstmest geïmporteerd moet worden. Er moet namelijk een deel afgestaan worden, terwijl dit deel voorheen voor hun eigen land gebruikt kon worden. Nu moet het worden afgestaan, maar het land heeft nog steeds stikstof nodig. Er moet dus kunstmest worden geïmporteerd. “De vrachtwagens komen elkaar bij wijze van spreken onderweg tegen,” verzucht hij. ‘Daarnaast kost het allemaal extra geld. Om mest af te voeren moeten wij namelijk betalen, maar ook om het te importeren. We betalen nu dus dubbel, terwijl we onszelf eigenlijk gewoon kunnen voorzien.’
Rond tien uur is het tijd voor overleg met de voederleverancier. In de kantine, die grenst aan de boerderij, bespreekt Jan Dirk en zijn vennoten de mogelijkheden voor nieuw, goedkoper voer dat ook beter voor de koeien is. Het gesprek verloopt vlot, met veel technische details, wederzijdse ideeënuitwisseling en bakjes koffie. De voederleverancier is pas net weg en er komt alweer iemand binnen. Het is Hans, een buurman die regelmatig langskomt om gezellig te praten en om wat reparaties uit te voeren op de boerderij. ‘Ons grasmaaiertje is al een tijdje kapot. Dit is niet zo erg, maar Hans wil er graag naar kijken’, vertelt Jan Dirk.
Aan het begin van de middag laat Jan Dirk de koeien weer naar buiten. De dieren die nog niet gemolken zijn worden door de toegangspoort tegengehouden. Zij mogen pas naar buiten als ze door de melkrobot zijn gegaan. Ondertussen controleert Jan Dirk een paar koeien die ‘s ochtends apart gezet zijn vanwege pootproblemen. Jan Dirk, die naast boer ook een soort dierenarts is, verzorgt de dieren liefdevol. Koe nummer 405 moet gekapt worden. ‘Je moet het zien als een soort nagels knippen. Als je dit te lang niet doet ga je er last van krijgen.’ Jan Dirk slijpt de hoeven bij en verwijdert het vuil. Hij lijmt een blokje onder de hoef om de druk te verminderen. Dit heeft hij allemaal zichzelf aangeleerd. ‘Ik heb veel geleerd van Jan Dirk sr., mijn school, maar ook van YouTube. Nu ik het zelf kan, kan Jan Dirk sr. steeds meer afstand nemen van deze taak’, vertelt hij vol trots.
Na de verzorging van de koeien en het vrijlaten van de dieren in de wei, is het tijd om de kalfjes te nummeren. Deze worden later verkocht aan een veehandelaar, omdat het te duur is om ze zelf op te voeden. Nieuwe regels maken het bezit van extra koeien financieel onaantrekkelijk. ‘Jan Dirk sr. heeft veel geïnvesteerd in machines en we hebben extra grond gepacht, waardoor wij er nu best goed voor staan, rekening houdend met de nieuwe regelgeving. Je merkt dat kleinere bedrijven nu steeds meer in de problemen komen. Helaas is uitbreiden niet heel gemakkelijk meer.’
Tijdens het melkquotumtijdperk werd er tussen de 10.000 en 15.000 euro geïnvesteerd om een extra koe te melken, wat aanzienlijk meer was dan de huidige investeringen in fosfaatrechten van 6.000 tot 8.000 euro per koe. Tegenwoordig moeten boeren naast fosfaatrechten ook rekening houden met voldoende grond (wet grondgebonden groei) en stikstofruimte in hun vergunning, en mogelijk ook investeringen in stalruimte.
Het terugverdienen van investeringen hangt af van het saldo per kilogram melk of per koe, wat de opbrengsten (melkgeld en veeuitstoot) minus de kosten (voer, veearts, fok, strooisel, en teeltkosten) omvat. De grootte van een bedrijf beïnvloedt dit saldo nauwelijks. Extensieve bedrijven hebben vaak een hoger saldo per kilogram melk dan intensieve bedrijven, door lagere kosten voor ruwvoer en mestafzet, wat helpt bij het sneller terugverdienen van investeringen en vermindert financieel risico. Er moet over meerdere factoren rekening worden gehouden.
Naast het werk in de stal, heeft Rijnhoeve vof ook negen appartementen die verhuurd worden. Deze appartementen, gelegen naast de boerderij, bieden een prachtig uitzicht op het platteland en genereren extra inkomsten. ‘Steeds meer boeren breiden uit om een tweede tak aan inkomsten te genereren. Wij doen het in de vorm van appartementen.’ Door o.a. de nieuwe regels en de extra kosten aan import en export van mest is het steeds vaker nodig om op een andere manier inkomsten te genereren.
Na de lunch is het tijd om hooi te halen bij de buurman. Met de shovel verplaatst Jan Dirk het hooi en schuift hij spullen aan de kant. Peder, is de hele dag al mest aan het vervoeren naar de buurman. Het boerenleven omvat veel meer dan alleen de zorg voor de dieren; het betekent ook het onderhouden van het erf.
De tuin van Rijnhoeve vof is groot en goed verzorgd, met mooie struiken, bloemen en gras. Vandaag zijn er nieuwe plantjes geplant door de tuinmannen, maar er zijn ook kale plekken in het gras die hem al een tijd storen. Gewapend met een schop, een hark en een emmer graszaad, vult hij de kuilen op. Na het afronden van deze klus ziet hij dat een spandoek scheef hangt door de wind. Hij pakt touwen, een hamer en een paal, en zet het spandoek weer recht.
Het is een lange dag vol diverse taken op de boerderij Rijnhoeve vof, waarbij duidelijk wordt dat het overnemen van een melkveehouderij veel meer inhoudt dan alleen het melken van koeien. Obstakels als regelgeving, financiële druk en de constante zorg voor zowel dieren als het erf maken het een uitdagende onderneming. Toch blijft Jan Dirk onvermoeibaar werken, met een diepe toewijding aan zijn boerderij en zijn dieren.